Tijdens het plakken van de letters komt een jongen met een verstandelijke beperking bij me staan.
Hij vraagt niet (zoals alle nieuwsgierigen voor hem) wat ik aan het plakken ben. Hij vraagt waarom ik het doe.
Eigenlijk een veel belangrijker vraag.
Ik denk er een tijdje over na, en antwoord "omdat ik het leuk vind".
Je kunt wel iets gaan roepen over het verbinden van bubbels, en over het in contact brengen van mensen met kunst, met taal, met hun omgeving, maar uiteindelijk: ook dat doe ik "omdat ik het leuk vind".
Hij is verbaasd: "Gewoon omdat je het leuk vindt? Je liep hier langs en dacht: ik ga gewoon een hinkelbaan plakken?"
Ik moet toegeven dat het daar inderdaad wel zo'n beetje op neer komt.
De jongen vertelt mijn antwoord door aan de mensen van zijn groep, nog steeds licht verbijsterd. Vervolgens biedt de hele groep me de helpende hand, door me steeds voor te zeggen wat het volgende woord is dat ik moet plakken.
Na een kwartiertje moeten ze weg. De begeleiders melden dat ze gaan eten.
Tegen 18:00 zit alles op z'n plek. Tijd om de tent op te gaan zetten, nog even snel even iets te eten, en naar de officiële SchoK-opening te gaan.